Onze cliënt vreesde voor een rijontzegging nadat hij was gedagvaard om voor de Kantonrechter te verschijnen na een snelheidsovertreding. Door een foutieve meting van de snelheid, werd hij vrijgesproken.
De politie had in het proces-verbaal aangegeven op welke manier de snelheid was gemeten. Zo werd vermeld dat er gebruik werd gemaakt van geijkte apparatuur. Het ging in dit geval om een mobiele trajectcontrole. De verbalisanten beschreven in het proces-verbaal nauwkeurig en uitvoerig hoe zij de snelheidsmeting hadden uitgevoerd. Op het eerste oog was er geen speld tussen te krijgen en leek het erop dat de snelheid met een haast mathematische zekerheid was vastgesteld. Maar aan het einde van het proces-verbaal, werd vermeld dat de snelheid van de auto van onze cliënt helemaal niet was gemeten. De gemeten snelheid was afgeleid van de snelheid van een andere auto die met de mobiele trajectmeting was vastgesteld. De Kantonrechter vond dat dit niet door de beugel kon en sprake onze cliënt vrij.
